Veelgestelde vragen basisonderwijs
Op deze pagina geven wij zo goed mogelijk antwoord op vragen die veel ouders hebben over passend onderwijs op de basisschool. Er zijn tien hoofdvragen. De vervolgvragen die bij deze hoofdvragen horen, vind je in de brochure Wat is passend onderwijs? – download deze gerust. Heb je verdere vragen? Neem dan contact op met het ouder- en jeugdsteunpunt. Ook vind je meer informatie over passend onderwijs op de website van de Rijksoverheid.
De meeste kinderen kunnen de lessen op de basisschool goed volgen. Maar niet iedereen is hetzelfde – sommige kinderen hebben extra hulp nodig. Soms is er meer nodig dan de school kan bieden en moet een leerling naar een andere school in de regio. Dat kan een andere reguliere school zijn, een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Elk kind met een ondersteuningsbehoefte moet in de regio waar hij of zij woont, onderwijs krijgen dat bij hem of haar past. Dát is passend onderwijs. Volgens de zorgplicht moet de school zorgen dat een leerling hulp krijgt op de huidige school of op een passende andere plek.
Kijk eerst rond bij verschillende basisscholen voordat je jouw kind ergens aanmeldt. Hoe vind je de sfeer op school? Voelt het goed en past het bij jou en je kind? Je kunt ook altijd om een rondleiding of een kennismakingsgesprek met de directeur of de intern begeleider (IB’er) vragen, om zo een beter gevoel bij de school te krijgen. Vraag dan ook meteen welke hulp de school vaak geeft en hoe ze erover denken om iets extra’s te doen als dat nodig is. En natuurlijk kun je ook andere ouders vragen of zij tevreden zijn over de school.
Om uit te zoeken welke school bij jouw kind past, is het daarnaast belangrijk om goed te kijken wat een school voor jouw kind kan doen. Sommige hulp – zoals ondersteuning bij lees- of rekenproblemen – moet de school altijd kunnen geven. Dit heet de basisondersteuning. Maar onderzoek ook wat de school voor jouw kind kan doen als hij of zij extra ondersteuning nodig heeft. Dit staat in het schoolondersteuningsprofiel (SOP), dat je vindt in de schoolgids en op de website van de school. Kun je het sop niet vinden? Vraag er dan om!
Het ene kind heeft hulp nodig bij het plannen en organiseren van schoolwerk, een ander is gebaat bij extra oefening van de stof en weer een ander leert beter in kleine groepjes. Ook zijn er kinderen die hulp nodig hebben bij de gymles of die een aangepaste stoel nodig hebben. Er wordt onderscheid gemaakt tussen basisondersteuning en extra ondersteuning. Een school moet een leerling hulp kunnen geven bij problemen die regelmatig voorkomen, zoals leesproblemen en rekenproblemen. Dit is de basisondersteuning. Heeft jouw kind meer hulp nodig, dan kan de school extra ondersteuning geven. In het schoolondersteuningsprofiel (sop) staat welke extra ondersteuning de school precies geeft en ook hoe zij dat doen. In het ondersteuningsplan van SWV Hanzeland staan de afspraken over basisondersteuning en extra ondersteuning in jouw regio.
Het is belangrijk dat je als ouder goed samenwerkt met de school. Ook is het belangrijk dat jij én de school goed samenwerken met je kind. Jij ziet immers hoe het thuis met je kind gaat, de school hoe het daar gaat. Merk je dat je kind hulp nodig heeft? Maak dit dan bespreekbaar op school, bijvoorbeeld met de leraar of de intern begeleider (IB’er). Bespreek wat de school kan doen en wat jij als ouder of verzorger zelf kunt doen. Zorg dat afspraken op papier staan. En spreek af wanneer jullie een volgend gesprek hebben om te kijken hoe het gaat. Je kunt ook in de schoolgids het schoolondersteuningsprofiel (SOP) opzoeken. Hierin staat welke hulp de school jouw kind kan geven.
Heeft jouw kind extra ondersteuning nodig, dan heeft de school informatie nodig om te onderzoeken welke hulp dat moet zijn. De school kan je bijvoorbeeld vragen om verslagen van onderzoeken of om contact met de kinderopvang of de oude school. Verder kan de school je vragen of zij mogen overleggen met een zorgverlener van jouw kind. Let op: dat mag alleen als jij hier toestemming voor geeft. Natuurlijk kun je hierover eerst vragen stellen aan de school, bijvoorbeeld wie de informatie straks allemaal kan lezen. Vind je het vervelend om het hele verslag van een onderzoek van jouw kind aan de school te geven? Dan kun je ook alleen de samenvatting en het advies geven.
Soms bestaat een deel van de extra hulp voor jouw kind uit jeugdhulp, denk aan een eigen begeleider in de klas. Scholen en gemeenten werken dan samen om maatwerk te leveren. SWV Hanzeland maakt hierover eens in de vier jaar afspraken met alle gemeenten in onze regio. Je kunt als ouder ook zelf bij de gemeente om jeugdhulp vragen.
Heeft je kind jeugdhulp nodig om goed passend onderwijs te krijgen, dan staat hierover informatie in het ontwikkelingsperspectief (OPP). Hierin staat wat voor zorg of hulp je kind nodig heeft én hoe dat geregeld wordt. Goed om te weten: jouw kind heeft het recht om hierover mee te praten en zijn of haar mening te geven.
Soms vindt de school dat een kind beter op zijn of haar plek is op een andere school. De school kan bijvoorbeeld de extra ondersteuning niet geven die jouw kind nodig heeft. Of misschien denkt de school dat een kleine, rustigere klas een betere plek is voor jouw kind. Welke hulp er precies nodig is, moet in een ontwikkelings¬perspectief (OPP) staan. In het handelingsdeel van zo’n OPP staat dan dat je kind beter naar een andere school kan en waarom. Tot je kind meerderjarig is, moet jij het als ouder of verzorger eens zijn met het handelingsdeel van het OPP. Dit heet instemmingsrecht. En goed om te weten: ook jouw kind heeft het recht om hierover mee te praten en zijn of haar mening te geven.
Je kind blijft ingeschreven op de huidige school tot er een andere school is waar je kind kan worden ingeschreven. De school gaat samen met jou en je kind op zoek naar de beste plek voor jouw kind, bijvoorbeeld een andere reguliere basisschool, speciaal basisonderwijs (sbo) of speciaal onderwijs (so). Als je kind naar speciaal (basis) onderwijs gaat, moet de school een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) aanvragen bij SWV Hanzeland. De nieuwe school beslist uiteindelijk of je kind wordt toegelaten.
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom jij en de school iets anders vinden. Jij ziet je kind thuis, ziet hoe het zich voelt en luistert naar wat hij of zij vertelt over school. De leerkracht ziet jouw kind alleen op school. Deze situaties kunnen anders zijn. Ook kan het zijn dat jij en de school anders denken over wat je bij jouw kind ziet. Probeer wat jij ziet en wat de school ziet met elkaar te bespreken. Wat is er volgens jou aan de hand? En wat ziet de school? Probeer uit te vinden waar jij en school hetzelfde over denken en op welke punten jullie iets anders vinden. Luister zo goed mogelijk naar elkaar. Probeer elkaar beter te begrijpen. Besef dat jullie allebei – school én ouder of verzorger – het beste willen voor jouw kind.
Na de basisschool gaat je kind naar het voortgezet onderwijs. De overstap van de basisschool naar de middelbare school is een belangrijke stap. Heeft jouw kind (ook) op de middelbare school hulp nodig? Kijk dan goed of de school dit kan regelen. Lees hier meer over de overgang van het primair onderwijs naar het voortgezet onderwijs.
Voor het ouder- en jeugdsteunpunt maakt het niet uit of jouw kind (bijna) naar de basisschool gaat of al in groep acht zit. En er hoeft ook geen probleemsituatie te zijn voordat je contact kunt opnemen. Dit onafhankelijke steunpunt beantwoordt dagelijks vragen van ouders en verzorgers als: hoe vind je een basis- of middelbare school die bij jouw kind past? Hoe bereid je je voor op het eerste 10-minutengesprek? En wat kun je doen als je het niet eens ben met een beslissing van school? Wat voor vragen jij ook hebt, je kunt ze veilig én gratis aan stellen – telefonisch, via mail of via WhatsApp.
Begrippenlijst
Basisondersteuning
Hulp die een school moet kunnen geven bij problemen die regelmatig voorkomen, bijvoorbeeld hulp bij lees-en rekenproblemen.
Extra ondersteuning
Heeft jouw kind meer hulp nodig dan de basisondersteuning die de school biedt, dan kan hij of zij extra onder¬steuning krijgen.
Handelingsdeel
Een omschrijving in het ontwikkelingsperspectief van de individuele begeleiding die is afgestemd op de behoefte van jouw kind.
Instemmingsrecht
Als ouder of verzorger moet je instemming geven op het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief. De school moet jou uitdrukkelijk om instemming vragen.
Intern begeleider (IB)
Een medewerker binnen de school die verant¬woordelijk is voor de leerlingenzorg en die coördinerende en begeleidende taken heeft.
Jeugdhulp
Hulp bij psychische hulpvragen, een verstandelijke beperking en/of opvoedproblemen. Jeugdhulp is bedoeld voor kinderen en jongeren tot 18 jaar, soms tot 23 jaar. De gemeente is verantwoordelijk voor deze hulp. Dit is geregeld in de Jeugdwet.
Leerlingdossier
In een leerlingdossier worden gegevens over jouw kind bewaard. Het leerlingdossier bestaat meestal uit twee onderdelen: de leerlingadministratie en een inhoudelijk gedeelte, gericht op onderwijskundige aspecten en begeleidingsaspecten.
Leerlingenvervoer
Vervoer dat je bij de gemeente kunt aanvragen als jouw kind niet zelfstandig naar school kan, bijvoorbeeld bij ziekte, een handicap of gedragsproblemen. Of als je kind niet in de buurt naar school kan en daarom naar een school moet die ver weg is.
Leerlingvolgsysteem (LVS)
Basisscholen werken verplicht met een leerlingvolgsysteem (LVS). Dit wordt ook wel leerling- en onder¬wijsvolgsysteem (LOVS) genoemd. Hiermee houdt de school vorderingen en resultaten bij. Niet alleen van jouw kind, maar ook van de groep van je kind en van de school. Dit gebeurt in ieder geval voor Nederlandse taal en rekenen-wiskunde.
Leerplichtambtenaar (LPA)
Een ambtenaar van de gemeente die toezicht houdt op de naleving van de Leerplichtwet.
NT2
Nederlands als tweede taal.
Ondersteuningsplan
Een document waarin de afspraken staan die in jouw regio zijn gemaakt over extra ondersteuning.
Ontheffingen
Zie vrijstelling.
Ontwikkelingsperspectief (OPP)
Een plan dat de school maakt als jouw kind meer nodig heeft dan de basisondersteuning. In dat plan staat hoe de school hem of haar gaat helpen om zich fijn te voelen en zo goed mogelijk te kunnen leren. Dat doet de school met doelen om aan te werken.
Passend onderwijs
Elk kind met een ondersteuningsbehoefte moet in de regio waar hij of zij woont, onderwijs krijgen dat bij hem of haar past.
Remedial teacher (RT)
Een bevoegd leerkracht die extra ondersteuning geeft aan leerlingen met bepaalde leer-of gedragsproblemen/-stoornissen.
Samenwerkingsverband (SWV)
Scholen voor regulier en speciaal (basis) onderwijs die in een bepaald gebied samenwerken om te zorgen voor passend onderwijs in dat gebied.
Schoolbestuur
Alle scholen hebben een schoolbestuur. Het school¬bestuur neemt de belangrijke beslissingen over de school, dus ook over het onderwijs dat gegeven wordt.
Schoolgids
Een document met informatie voor ouders en verzorgers over de belangrijkste zaken over het komende schooljaar.
Schoolondersteuningsprofiel (SOP)
Een document met informatie over welke ondersteuning de school kan geven.
Speciaal basis onderwijs (sbo)
Onderwijs voor kinderen met lichte leerproblemen, zoals problemen met concentreren of met de motoriek. Het is bedoeld voor kinderen die méér extra hulp nodig hebben dan de basisschool kan geven. De leerdoelen zijn dezelfde als op een gewone school.
Speciaal onderwijs (so)
Onderwijs voor kinderen met een lichamelijke handicap, zwaardere leerproblemen en/of problemen met hun gedrag of psychische problemen.
Startkwalificatie
Een startkwalificatie is een diploma havo, vwo, mbo niveau 2 of hoger.
Toelaatbaarheidsverklaring (TLV)
Een verklaring van SWV Hanzeland dat een kind op een school voor speciaal (basis)onderwijs mag worden ingeschreven.
Vrijstelling
Kinderen tussen 5 en 16 jaar moeten verplicht naar school. Maar soms kan een kind niet naar school, bijvoorbeeld door een lichamelijk of psychisch probleem. Of door een ernstige ziekte. Of doordat de manier van lesgeven niet past bij het kind en zijn of haar problemen. Dan is het mogelijk om vrijstelling van school aan te vragen.
Zorgcoördinator
De zorgcoördinator signaleert extra ondersteuningsbehoeften en zorgt dat iedere leerling de juiste hulp en ondersteuning krijgt.
Zorgplicht
De plicht van een school(bestuur) om te zorgen dat elk kind dat bij die school of dat schoolbestuur is aangemeld of ingeschreven, het onderwijs en de eventuele extra hulp krijgt die hij hem of haar past.